Clubblad

Op deze pagina publiceren we geregeld een artikel

dat in ons clubblad werd opgenomen. 

Dit clubblad verschijnt driemaal per jaar.


Verslag wandeling The Riding Wood Walk (Northumberland)


Tekst & foto's: clubleden Nicole en Guy


Op zondag 25 juni 2023 besloten we om op de camping van Bellingham in Noord-Engeland één van de vijf uitgeprinte wande-lingen op de receptie af te halen. De camping stelt deze wandelingen in A4-formaat en geplastificeerd ter beschikking van haar campinggasten. Zij vragen wel om deze documenten na de wandeling terug in te leveren, zodat ook andere kampeerders er gebruik van kunnen maken. Aan één kant staat de beschrijving van de wandeling, terwijl op de achterkant een kaartje afgedrukt staat.


Wij kozen voor de wandeling met de titel ‘The Riding Wood Walk’, een wandeling van 7,6 kilometer, die in 2,5 à 3 uur zou te doen zijn. Het hoogteverschil zou 134 meter bedragen en het beloofde een gevarieerde wandeling te worden door het dorpje Belling-ham, door heuvelachtig heidegebied, langs de oevers van de North Tynerivier en door een wondermooi, idyllisch oud eikenbos!

 

We verlieten dus op de bewuste dag te voet de camping en aan de hand van de beschrijving – dit keer had ik geen gpx voor de wandel-gps uitgetekend – staken we de in 1843 gebouwde Bellingham Bridge over de North Tynerivier over, waarna we via een stenen trap afdaalden naar de oever van deze rivier, die we moesten volgen tot we het centrum van Bellingham bereikten. In de buurt van het herdenkingsmonument ► van de gesneuvelden in de Boerenoorlogen (1880-1881 en 1899-1902) tussen Zuid-Afrika en de Britten kozen we ons eerste terrasje van die dag voor een koffie Americano, een koffie met veel heet water en op ons verzoek een flinke wolk melk.


Na deze vroege rustpost wandelden we via de dorpskern, waarna we een smal brugje overstaken. Hier liep vroeger de oude Border Counties Railway maar daar was niets meer van te merken. Niet verwonderlijk, want na de opening in verschillende fasen tussen 1858 en 1862 bleef het verwachte commerciële succes uit en in 1956 werd de lijn gesloten voor passagierstreinen en in 1963 volgde dan de volledige sluiting.


De weg liep verder lichtjes bergop en passeerde een golfterrein. Het was even zoeken naar de ‘moderne bungalow’ in de beschrijving van de wandeling, want het pad dat van daaraf naar een boerderij zou leiden, was intussen geasfalteerd. Dit wegje liep wel tussen de schapenweides en we werden onderweg getrakteerd op mooie zichten op de heuvels van de North Tynevallei, gelegen ten noordwesten van Bellingham. Iets verderop moesten we over een boerenerf wandelen en de schapenboer waarschuwde ons dat zijn twee honden wel konden gaan blaffen, maar zij zouden niet bijten. Bovendien lagen zij allebei aan een ketting.

 

Verderop waarschuwde de tekst van de beschrijving ons voor twee smalle, gammele ‘stiles’ (overstapjes), waarna we op de kale helling moesten oppassen voor mogelijk ondiepe kuilen die konden gevuld zijn met water. Dit zouden overblijfselen zijn van de oude, intussen niet meer gebruikte steengroeves. We hebben hier alleszins niets van gemerkt onderweg.

Via een onduidelijk pad, dat lichtjes bergop ging, moesten we ons visueel richten op een breder pad, dat gebruikt werd door tractoren. Langs een voor deze streek ‘typische’ stenen muur ► moesten we dan naar een alleenstaande pijnboom wandelen, die gold als lokaal oriëntatiepunt. In de buurt van deze boom moesten we dan via een ‘ladder’ ▼ (een stile met meerdere treden) over zo een typisch muurtje klimmen om vervolgens  af te dalen over een steil, min of meer overgroeid pad.

Na deze afdaling moesten we nogmaals over een ‘stile’ en werd in de beschrijving gewaarschuwd voor mogelijk natte grond. Dat bleek echter nogal mee te vallen, ongetwijfeld ook door de langere droge periode die in deze regio al enkele weken aanhield. Via een lichte afdaling door open weiland bereikten we het ‘Riding Wood’, een bos waarnaar deze wandeling genoemd werd. Het bos was eigenlijk niet zo groot als we verwacht hadden, maar er stonden – ik citeer uit de beschrijving – “sessile oak and silver birch” (wintereiken en zilverberken), evenals de overblijfselen van vier stenen huizen. Van die resten vonden we evenwel niets terug en terwijl de beschrijvende tekst ons waarschuwde dat het hier ‘moeilijk was om je weg te vinden’, kwamen we uit aan een oude,  houten voetbrug, waar we overheen moesten. ▼

Na nog een korte, geleidelijke afdaling kwamen we uit op een straat, die we gedurende enkele honderden meters moesten volgen. Geregeld moesten we even in het groen naast de weg blijven staan om het tegemoetkomend verkeer door te laten. Net na een bocht konden we terug via een pad naar de oever van de rivier. Eventjes moesten we daarbij wel door de hogere begroeiing stappen wat volgens ons erop duidde dat dit deel van de wandeling niet veel gedaan werd…?


Via de oever verderop bereikten we de Bellingham Bridge, de brug die we in het begin van de wandeling al eens overstaken. Van hieruit konden we terugwandelen naar de camping, maar we kozen ervoor om een klein ommetje te maken naar het centrum van Bellingham waar we onszelf in het Fountain Cottage Café, waar het op zondagnamiddag druk was, trakteerden op een koffie Americano en een vanille-ijsje.

 

Tijdens de ganse wandeling was het wel bewolkt, met soms een korte opklaring, maar toen we in het Café zaten, regende het even. Nadien zijn we evenwel droog op de camping geraakt, maar we waren nog maar pas in de caravan of er barstte een onweer los. De temperatuur zakte ineens van 23 graden naar 18 graden.

 

Het was een mooie afwisselende wandeling, maar niet elke wandelaar zal wellicht graag de steile afdaling halfweg deze wandeling doen. Na onze eerdere ervaringen met de wandelingen op het eiland Skye was dit voor ons zeker geen zware wandeling.